Transplanteren voor dialyse levert extra levensjaren op
Door Merel Dercksen
Nierpatiënten die in een vroeg stadium een niertransplantatie van een levende donor krijgen, leven langer dan patiënten die eerst dialyseren. Dat is een van de belangrijkste conclusies die Ylian Liem trekt in haar proefschrift, waarop ze vandaag promoveert.
De drie vormen van nierfunctievervangende therapie zijn hemodialyse, peritoneaaldialyse (buikspoeling) en niertransplantatie. Ylian Liem onderzocht en vergeleek de levensverwachting en de kwaliteit van leven voor elk van deze therapieën. Kennis van deze lange-termijnuitkomsten is van belang voor een optimale behandeling en optimale zorg voor deze patiënten.
In haar proefschrift beschrijft Liem dat patiënten die peritoneaaldialyse doen over het algemeen langer leven dan patiënten die hemodialyse ondergaan. Maar dat verschil verdwijnt naarmate de dialyseduur langer wordt of de patiënten ouder worden en in het geval van suikerziekte. In sommige gevallen is hemodialyse weer beter.
Liem vergeleek ook de overleving van patiënten die een niertransplantatie ondergingen van een levende donor zonder voorafgaande dialyse, met de overleving van patiënten die wel startten met dialyse en op de wachtlijst werden geplaatst. Het blijkt dat met vroege transplantatie veel levensjaren gewonnen worden. Voor 40-jarige patiënten is de winst 7,5 tot 9,9 jaar, afhankelijk van de nierziekte. Voor 70-jarige patiënten 4,3 tot 6 jaar. Verhoging van het aantal vroege niertransplantaties zou volgens Liem in het bijzonder gericht moeten worden op jongere patiënten, omdat bij hen de meeste winst in levensjaren te behalen valt.
Gepubliceerd: woensdag 18-06-2008
Bron: Erasmus Universiteit | Nog geen reacties
Moeilijk transplantabel? Nieuwe opties in zicht
Een klein deel van de nierpatiënten is hoog geïmmuniseerd. Dat betekent veel antistoffen in het bloed en daarmee nauwelijks kans op een transplantatie. Dialyse is dan vaak de enige optie. Maar… er is een computerprogramma ontwikkeld, dat mogelijk uitkomst biedt. Het is gebaseerd op het bestaande cross-overprogramma en er zijn extra opties ingebouwd voor het vinden van een (bijna) passende match met nierpatiënten met veel antistoffen.
Op dit moment wordt dit systeem alleen voor patiënten van het Erasmus MC ingezet. Erasmus MC is in gesprek met de Nederlandse Transplantatie Stichting (NTS) om het programma, Computerised Integration of Alternative kidney Transplantation (CIAT), landelijk in te zetten. Meer weten? Lees de nieuwste Wisselwerking, het tijdschrift van de Nierpatiënten Vereniging Nederland. U kunt het blad lezen door een gratis proefnummer aan te vragen, een abonnement te nemen of lid te worden van de NVN. Bij leden en abonnees ligt het nieuwe exemplaar op donderdag 15 oktober op de mat.
Huisdieren mogelijk bron van hepatitis E »
Huisdieren zijn veel vaker dan gedacht besmet (geweest) met het virus dat hepatitis E veroorzaakt, en zouden daarmee wel eens een bron van besmetting voor mensen kunnen zijn. Dit is voor gezonde mensen over het algemeen niet gevaarlijk, maar kan dat wel zijn voor mensen die een verminderde afweer hebben, bijvoorbeeld getransplanteerden. Vrij veel mensen hebben op enig moment in hun leven een infectie met het hepatitis E-virus, meestal niet ernstig.
Kunnen ouderen met minder medicatie toe? »
Ouderen die een nieuwe nier krijgen hebben veel minder vaak een afstoting dan jonge mensen. Als ze de eerste drie maanden na de transplantatie geen afstoting hebben gehad, dan is de kans ook klein dat dat nog gaat gebeuren. Dat ouderen minder vaak een afstoting hebben komt waarschijnlijk vooral doordat hun immuunsysteem minder goed werkt. Ouderen krijgen echter doorgaans wel dezelfde hoeveelheid medicatie als jongere mensen.
Reacties
Reageer op dit artikel